Ouderverstoting, dader noch slachtoffer
In het proces van Ouderverstoting lijken er een dader en een slachtoffer te zijn. De dader lijkt de verstotende ouder te zijn en de verstoten ouder het slachtoffer. Degene die de andere ouder verstoot voelt zich echter ook slachtoffer. Bij beiden spelen dezelfde processen.
En diep van binnen verlangen beide ernaar om gezien te worden in wie ze werkelijk zijn. Ze verlangen naar gezien worden, bevestiging en erkenning. Beide ouders zijn van binnen in nood!
Als Jeugdzorg, advocaten en rechters de processen van ouderverstoting gaan herkennen, kunnen de verstotende en verstoten ouder de hulp krijgen die ze nodig hebben en kan het proces doorbroken worden. Ik verwacht niet dat het in alle gevallen doorbroken kan worden maar zeker in een aantal gevallen. En ieder kind dat verder kan gaan met beide ouders in zijn of haar leven, is er één.
De ouder die het kind of de kinderen naar zich toetrekt voelt zich niet gezien, erkend en niet serieus genomen. Vanuit angst en onmacht trekt deze de kinderen naar zich toe. De angst is, dat nadat het huwelijk gestrand is, de kinderen ook nog uit zijn of haar leven zullen verdwijnen. Deze angst is zo groot dat deze ouder in de overlevingsstand gaat en er alles aan doet om te voorkomen dat de kinderen eventueel voor de andere ouder kiezen. In de overlevingsstand wordt er alleen in ‘partijen’ gedacht. De ouder kan zich er geen voorstelling van maken dat het kind of de kinderen tegelijkertijd beide ouders in hun leven kunnen hebben. Zij denken in termen van ‘hij of ik’ of ‘zij of ik’. Deze ouders kunnen zich er geen voorstelling van maken dat kinderen loyaal zijn aan beide ouders.
Vanuit diepe angst heeft de ouder een tunnelvisie en hij of zij zal er alles aan doen dat dat niet ontdekt wordt. Dit is de bodem waar vanuit de manipulatie ‘wordt geboren’. Aan deze diepe angst ligt vaak een trauma in de jeugd ten grondslag. Als de ouder emotionele verwaarlozing heeft ervaren en daardoor onveilig gehecht is, zal deze ouder niemand vertrouwen en vanuit die houding iedereen te woord staan. Deze persoon zal zich onbereikbaar maken voor echt contact omdat dat te onveilig voelt.
Mijn visie is, dat als deze ouder zich gezien en erkend voelt door iemand, hij of zij mogelijk kan ontspannen en aanspreekbaar wordt. Een ouder die dit doet is een mens in nood. Omdat het nu niet herkend wordt blijft die ouder zich verbergen en speelt zijn of haar spel met iedereen vanuit angst.
Open gesprek door de hulpverlener
Om die ouder te kunnen bereiken is het nodig dat de hulpverlener die met hem of haar in gesprek gaat een open gesprek voert met de ouder en geen enkel oordeel heeft. De hulpverlener moet inzien dat de ouder ervan overtuigd is dat hij of zij geen andere keuze heeft dan dit te doen.
Het is van belang om de ouder zijn of haar verhaal te laten doen over waarom hij of zij dit doet. En dat de hulpverlener begrijpt dat die ouder niet anders kan. Daar dienen enkele sessies aan besteed te worden, zodat deze ouder naar huis gaat met het gevoel: ‘Eindelijk iemand die mij begrijpt’. De ouder voelt zich gezien, erkend en serieus genomen.
Er dient aandacht besteed te worden aan het feit dat de ouder op diep niveau helemaal goed is zoals hij/zij is. Als deze ouder dit kan voelen, is het niet meer nodig om de kinderen bij de andere ouder vandaan te houden.
Recente reacties